Op verschillende manieren komen er schadelijke stoffen in onze sloten terecht. Sommige stoffen liggen op de weg of zitten in de grond en worden door regenwater meegevoerd. Andere stoffen komen uit kassen of komen in de sloot terecht als het riool overloopt (‘overstort’). Deze stoffen zijn schadelijk voor planten en dieren die in en om het water leven. Het waterschap is medeverantwoordelijk voor het schoon houden van het water. Er zijn bijvoorbeeld Europese richtlijnen waaraan we moeten voldoen, maar ook in het bestuursakkoord hebben we afgesproken dat we dit urgentere probleem aanpakken.
Er zijn verschillende manieren waarop het waterschap zoekt naar de bronnen van vervuiling en die aanpakt. Maar volgens de VVD is de rek eruit en is het tijd om breder te kijken. Als je doet wat je deed, krijg je wat je hebt. Concreet stelt de VVD drie wijzigingen voor: meer meten, meer samenwerken en meer innovatie.
1. Meer meten
Als je niet weet welke stof waar in het water komt, dan kun je de vervuiling ook niet aanpakken. Daarom wil de VVD dat er veel meer gemeten gaan worden. Zonder cijfers zijn we nergens. Dit zorgt er ook voor dat de aanpak van vervuilers beter kan. Nu worden bijvoorbeeld alle tuinders over een kam geschoren, terwijl het maar er maar een paar rotte appels zijn die het voor iedereen verpesten. Meer meten maakt een individuele aanpak en gericht handhaven en beboeten mogelijk.
2. Meer samenwerken
De mogelijkheid om de bron van vervuiling aan te pakken ligt vaak bij andere overheden. Bijvoorbeeld bij gemeenten die de kans op het overstorten van een riool kunnen verkleinen. Een andere overheid waarmee we meer samen kunnen werken is de Omgevingsdienst. Deze organisatie voert de milieuwetgeving uit en heeft andere bevoegdheden dan Delfland. Door intensief samen te werken komen vervuilers eerder een beeld en samen kunnen we sneller en harder optreden.
3. Meer innovatie
Het oude systeem van het nemen van een watermonster en dit analyseren heeft het probleem niet opgelost. Daarom wil de VVD dat er meer ingezet wordt op innovatie, op nieuwe manieren om vervuiling op te sporen en te voorkomen. Met nieuwe technologieën kunnen we meer gegevens verzamelen en slimmer combineren. Delfland maakt bijvoorbeeld al gebruik van eDNA, waarmee bepaald kan worden of vervuild water gebruikt is voor het telen van paprika’s of tomaten.
Alleen op deze manier kun je zorgen dat in het dichtbevolkte en intensief gebruikte gebied van Delfland we het water schoon houden!